Geschreven door Alfons Beckers
De ommekeer: DE KEMPENAAR BOERDEN NIET MEER !
Er kwamen vreemde boeren en die huurden alles op. Zij werkten dag en nacht en hadden terecht de naam boer. De werklieden waren groot in getal en zij kregen macht. De baas moest voor het werk betalen, het loon werd bepaald via de vakbonden.
De pastoor was niet langer baas in zijn parochie.
Er kwamen vrije scholen, men hoefde zelfs geen godsdienstles meer te volgen. Toen kwam de schoolstrijd.
Concurentie in de scholen, iedereen kon nu verder leren als hij aanleg had. Na 20 jaar kwamen er ontwikkelde mensen uit het werkvolk, met alle respect voor de pastoor en zijn leer. Het klasse en rangenverschil verminderde, want er kwamen partijen. Het waren geen 10 ja-knikkers meer in de gemeenteraad. Er kwam meezeggenschap.
Toen...!!!
Want wat was politiek
Beheren van het publiek!
Met listen zorgen
Dat ze niet te veel wisten,
Daarom... de spreuk alom,
Hou gij ze arm, ik dom.
Alfons Beckers
Onze generatie leerde veel, zeer veel catechismus. Alle dagen tot 's zondags toe naar de catechismusles. Alle dagen naar de H.Mis. Ook op zondag naar de mis en de vespers. Na de vespers nog catechismusles tot 14 jaar.
Latijn, dat kenden we vanbuiten maar verstonden er geen snars van.
Van godsdienst wisten we alles af.
Al de vragen van de catechismus kenden we van buiten met vraag en antwoord. Verplicht!
De eerste communie, 12 jaar plechtige communie en dan nog het vormsel.
Voor al deze zaken kon men u uitstellen als ge niet goed uw uw catechismus kende en dat was een schande!
In de tijd juist na den oorlog (wereldoorlog II) werd ik soldaat in het bezettingsleger in het verslagen Duitsland. Duitsland...en bezetter. Daar heb ik naastenliefde gezien.
Ik mag platuit zeggen, we waren boerenpummels. We kenden niets. Naar onze kennis van de catechismus heeft niemand gevraagd! We moesten formulieren invullen. Welke talen kent u? Alleen Vlaams, de rest ...O!
Wéérom aangewezen als knecht voor de meerderen, altijd maar ja zeggen en gaan eten uit de gamellen. Slapen op een zak gevuld met stro met een deken zonder lakens. Wij moesten officieren en
onderofficieren hun bed opmaken, zij hadden lakens en matras.
Wij deden corvee in de messen. Daar at men met 2 borden, mes, vork. Met tafellaken en servet. Het stoot een mens tegen het hoofd, er bestond toen ook een klassenverschil...
Ik deed wacht aan het koninklijk paleis en keek soms door de openstaande poort. Daar stonden taxi's klaar, een persoon met witte handschoenen opende de portieren. Een mens in smoking in 1949!!!
Wij herkenden of zagen niets, zoals een boer op de buiten zou zeggen. Niets als een koegat met een staart voor!
Als ondergronds mijnwerker ben ik onder de toegangspoort uitgekomen waar nog de stank hing van zweet, tranen en stof. Daar stonden dan afgedankte staatsbussen van het Engels leger.
Recht voor ons een fritbarak met honderden servola's die er omhoog hingen. Dan dacht ik aan het verschil. Wij "de dieren uit het mensenrijk", maar veel is zoals ge het zelf bekijkt.
Want, zegde mij een oude man, maak van een boerke een professor, 100 jaar professor en hij stinkt nog naar het erf!!!
Mijn beste vriend, dat was in die jaren een allesweter en een verwoed verzamelaar en dat bleef zo.
Hij had ook voor pastoor geleerd maar de hoogmoed was hem als een kolder naar de kop geslagen. Toen ik hem laatst ontmoette beschikte hij over een verzameling van 140 oude soldatenhelmen. Als iemand uit het onderwijs, maakte hij geen kennis meer (omgang)met snullen en daarom bleef hij op zekere afstand van mij.
Maar op een zondagavond ontmoette ik hem op een rommelmarkt, met een fierheid van iemand die een bezem in zijn achterste zou stoppen omdat hij zodoende altijd over een gekeerde (geborstelde) straat loopt!
Hij had een oude Duitse soldatenhelm onder de arm. "Van een gesneuvelde met een nekschot" zegde hij,"duidelijk te zien".
Werkelijk er waren 2 gaatjes aan de achterkant, van misschien een machinegeweer. Hij was nooit soldaat geweest. Volgens hem een zware handicap...Want reeds bij het binnenkomen bij de invasie tikte hij een battledress op de kop. Hij droeg die uniform, zegde hij, met een teken van fierheid. Zegde maar niet een frakske! Dan herhaalde hij met nadruk: battledress
(wil zeggen slagveldvest).
Ik noemde hem altijd Kanus zoals de baas van de Kanusberg. En hij had vandaag een echtt staalhelm uit den eerste wereldoorlog, een unicum en dat voor 500 frank!!!
Hij, den deskundige van oude soldatenhelmen, toog huiswaarts. Bij zijn aankomst was moeder de vrouw niet zo goed gezind met die stinkende rommel en ze had gelijk ook. Hij belde direct Barabas, een andere deskundige. Deze kwam onmiddellijk en nam het stuk onder de loep. "Wereldoorlog I " zegde hij en onze Kanus groeide van fierheid maar..."de gaten in den achterkant zijn nagelaten. Waarschijnlijk stond dit stuk tussen de tweede wereldoorlog zijn man als beerlepel!!! ".
Met een Franse kolère nam Kanus de helm en gooide hem boven op den hoop.
141 Zegde hij.
En lach eens het is gezond!
45 jaar stond hij in de stront,
Was 5 jaar aan het front,
nog een waarde 500 fr. rond,
Maar voor een professor een affront!!!
Alfons Beckers
Ik ben tevreden dat ge dit van een gewoon arbeider wilt lezen en zeker dank ik u daarvoor.
Alfons Beckers
ALGEMEEN:
Huidige situatie:
straat: Fabrieksstraat
Oppervlakte:
Waterbevoorrading:
Oudste vermelding: 1682 - Oprichtingsjaar:
Terreinkenmerken: Groot veld (perceelsvorm)begrends door bomen.
Lambertcoôrdinaten: X: 222.592 Y: 203.517
HISTORISCH:
Navolgens is de verhuurovereenkomst weergegeven
van de schans Schoonhees 1684
Hulst 1689
VERHURING 01.01. voor 1684 (1) SCHANS VAN SCHOON HEES
(1) De pachter Jan De Rouw +22.02.1684 in Schoonhees.
Ingevolghe ordonatie van sijne Doorl. Hocheyt onser genadighen prince van Luyck, naer voorgaende kerck gebodt publicelijcken sullen verpachten de borgm(eeste)rs der heertganck namelijck Aert Heselmans ende Hen Rutten met overstaen van.scepenen naer genoempt, als oock die rodt(eeste)rs van den selven hert ganck, ende den heer wagel, voor alle perijkulen, soo van brandt als ansdersints, sullen hebben te stellen goede, vaste ende behoorlijcke binne borghe, in deser bancke betwanckbaer, etc. Ende sal die selve scanse opgehanghen ende opgeroepen worden door des heeren dienaer ende den meester daer voor bidende sal pachter bleyven, nu ten half meert; die selve scanse te aenveerden gedurende eenen termeyn van drij naest volgende jaeren, alles achtervolgens ordonatie als boven, etc.
Item dat den pachter van die scanse sal hebben naer te comen alle aude conditien, soo entrent uyt gaen van beesten, verckens, etc.
Seynde vervolgens oock dat den selven sal verobligeert wesen alle jaeren zijne pachte te betalen aen den moderne borgm(eeste)r over mits dat den selven borg(eeste)r sal behoorelijck reparatie doen soo aen die brugge als elders, alles noot seynsde, met overstaen van den heerwagen.
Ende is naer publickelijcke afvraginghe voor twientich gls aen Jan De Rauw verbleyven.
Hac 1 ma januarij( zonder aantal)
......... ende Geerincx
scepenen Sic attestor
Ad. Geerincx s(ecre)t(ari)s
Bedenking: Zou de gewone boer, ook al was het een vermogende boer, enig benul hebben gehad van bovenstaande tekst? Opvallend dat het woord MODERN hier ook al werd gebruikt.
In de veetelling van 1682 worden de hierboven genoemde personen in Schoonhees vernoemd:
160 Arnold Heselmans T. 1690/030 met 2 ossen, 2 koeien en 1 rund.
143 Jan Rutten T. 1690/153 met 1 paard, 3 koeien en 2 runderen.
In het jaar 1682 is Jan Cuypers borgemeester van Schoon Hees.
VERHURING 31.12. voor 16849 SCHANS EN VESTE VAN HULST
CONDITIE ENDE RESTRICTIE.
der selve naer voorgaende kerck gebodt publicelijcken sullen verpachten de borgm(eest)rs namentletck Govaert Scenckx ende Marten Vrancken met overstaen van scepenen naer genoempt als oock die rodtmeestejrs van den selve hertganck onde(r) den heerwagel met alsulcken restrictle dat niemant op de scanse van Hulst en sal moegen sijne woen platse nemen ten sij den pachter alleen, ten waere dat iemandt ten contentemente van den heerwagen voor alle perieculen soo van brandt als ansdersints sullen hebben te stellen behoorlijkcke borgen deser bancke betwanckbaer, etc.
Ende sal die selve scanse opgehangen ende opgeroepen worden door des sHeeren dienaer, ende de meeste daer voor bidende sar pachter bleyven nu ten half meert der selve scanse, te aenveerden gedurende eenen termeyn van drij naest volgende jaeren, alles achtervolgens ordonatie van sijne Dorl.Hoch.onsen prins van Luyck.
Item dat den pachter van de scanse sal hebben naer te comen allen die conditien soe over uyt gaen van vzrckens, beesten, etc.
Ende vervolgens oock dat selven sal verobligeert wesen alle jaren sijne pachte te betalen aen den moderne borg(eeste)r over mits dat den selven borg(eeste) sal behoorlijck reparatie doen aen die brugge, alles noet sijnde met overstaen van den heerwagen.
Ende is naer verteydinge aen Govaert Sceyyens verbleyven voor die somme van seven en twientich gls hac ultima Decembris 1689 coram scanvesten opgehangen ende is naderhandt verbleven aen Jan Testeleers voor die somme van drij pattacons (1=4 gulden) een (=en) een vierderdeel bier ten beste.
Sic testor (get.) Ad. Geerincx